Als dit document niet overeenkomt met uw huidige softwareversie, kunt u naar het Download Center gaan om andere beschikbare documentversies te vinden.

QNAP

QTS 5.0.x

Downloaden (PDF)

Cache-instellingen voor SSD configureren

  1. Ga naar Opslag en snapshots > Opslag > Cacheversnelling.
  2. Klik op Beheren en selecteer vervolgens Instellingen.

    Het venster SSD-cache wisselen wordt geopend.

  3. Selecteer welke volumes en LUN's de SSD-cache kunnen gebruiken.
    Belangrijk:

    Volumes en LUN's die op een extern opslagapparaat zijn gemaakt, kunnen vanwege de veiligheid van gegevens de SSD-cache niet gebruiken als het cachetype Lezen-schrijven is.

  4. Klik op Volgende.
  5. Selecteer een cachemodus.

    Cachemodus

    Beschrijving

    Aanbevolen toepassingsscenario's

    Willekeurige I/O

    Alleen kleine gegevensblokken worden aan de SSD-cache toegevoegd. Grotere blokken worden rechtstreeks vanuit de reguliere opslag benaderd.

    Virtualisatie, databases

    Volledige I/O

    Kleine en grote gegevensblokken worden aan de SSD-cache toegevoegd. Zowel achtereenvolgende als willekeurige I/O-aanvragen worden versneld.

    Videostreaming, bewerkingen met toegang tot grote bestanden

    Tip:

    Een RAID-groep met harde schijven kan qua achtereenvolgende I/O-bewerkingen mogelijk beter presteren dan een RAID-groep met SSD-schijven als de verhouding tussen harde schijven en SSD's minimaal 3:1 is en de groep met harde schijven RAID 0, 5, 6 of 10 als RAID-type heeft. De SSD's zijn echter altijd sneller qua willekeurige I/O-bewerkingen. Selecteer Willekeurige I/O als de NAS een RAID 0-, 5-, 6- of 10-groep met drie keer zoveel schijven als de SSD-cache bevat.

  6. Optioneel: Configureer de grootte van het bypass-blok.

    Deze waarde bepaalt de maximale grootte van de gegevensblokken die in de SSD-cache worden opgeslagen. Als u een grotere waarde selecteert, wordt het succespercentage van de cache mogelijk verbeterd. Dit kost wel meer cacheruimte. De standaardwaarde is 1 MB.

  7. Klik op Voltooien.