Instellingen van slimme ventilator configureren
- Ga naar Configuratiescherm > Systeem > Hardware > Slimme ventilator.
- Selecteer instellingen voor snelheid van ventilator.Opmerking:
Bij sommige modellen van NAS kunnen gebruikers slimme ventilators van systeem en CPU afzonderlijk afstellen.
Instelling
Actie door gebruiker
Ventilatorsnelheid automatisch aanpassen (aanbevolen)
Kies een van de twee opties voor automatische regeling van het ventilatortoerental.
QTS monitort de temperaturen van het systeem, de schijven en de CPU, en past de snelheid van ventilator automatisch aan.
QTS past de ventilatorsnelheid aan in overeenstemming met door gebruiker ingestelde temperaturen.
Opmerking:Modi zijn alleen beschikbaar voor systeemventilatoren.
Stille modus: Ventilatoren draaien langzaam om minder geluid te maken.
Normale modus: Ventilatoren draaien op normale snelheid. Dit is de standaard instelling.
Prestatiemodus: Ventilatoren draaien op hoge snelheid om de systeemtemperatuur laag te houden. Deze modus is geschikt voor zwaar belaste systemen.
Ventilatorsnelheid handmatig aanpassen
Schuif met de schuifregelaar om de ventilatorsnelheid in te stellen.
- Klik op Toepassen.