Als dit document niet overeenkomt met uw huidige softwareversie, kunt u naar het Download Center gaan om andere beschikbare documentversies te vinden.

QNAP

QTS 5.0.x

Downloaden (PDF)

Onderdelen van de gebruikersinterface

De gebruikersinterface van netwerk en virtuele switch heeft vier belangrijke gebieden.

Label

Gebied

Beschrijving

1

Werkbalk

De werkbalk geeft de volgende knoppen weer:

  • Meer: Klik en selecteer vervolgens een van de volgende opties.

    • Snelle start: Opent de handleiding voor Netwerk en virtuele switch.

    • Help: Opent het helppaneel voor Netwerk en virtuele switch.

    • Over: Geeft de versie van de toepassing weer

2

Menu

Netwerk en virtuele switch heeft twee verschillende gebruiksmodi in het menu. Schakel tussen deze modi door te klikken op Algemeen of Geavanceerd.

  • Algemeen: Deze modus is geschikt voor de meeste gebruikers en vereist minimale configuratie van netwerkinstellingen. De volgende functies zijn uitgeschakeld:

    • Statische route

    • Virtuele switch

  • Geavanceerd: Deze modus is vooral geschikt voor beheerders die meer controle over de configuratie van netwerkinstellingen willen. De volgende functies zijn ingeschakeld:

    • Statische route

    • Virtuele switch

3

Hoofdpaneel

Het hoofdpaneel toont de netwerkinformatie van apparaat.

U kunt de volgende taken uitvoeren vanuit het hoofdpaneel.

  • : Klik voor het weergeven van het MAC-adres van de netwerkadapters.

  • : Klik op om het hoofdpaneel samen te vouwen.

4

Netwerktopologie

De netwerktopologie geeft een visueel overzicht van de verbonden fysieke en virtuele netwerkadapters.

U kunt de volgende taken uitvoeren netwerktopologie.

  • Klik op de vervolgkeuzelijst naast om de topologie te zien in een eenvoudige of gedetailleerde modus.

  • Klik op de vervolgkeuzelijst naar voor het filteren en weergeven van bepaalde onderdelen van netwerktopologie.

  • Klik op Legenda om de verschillende symbolen en hun beschrijvingen te zien.

  • Fysieke adapters: Klik op en selecteer een van het volgende.

    • Lokaliseren: Klik voor het identificeren van de netwerkpoort op het hoofdpaneel.

    • Instelling: Klik voor het configureren van instellingen voor fysieke adapter.

  • Virtuele switches: Klik op en dan op Instellingen voor het openen van de configuratiepagina van de virtuele switch.

  • Virtuele adapters: Klik op en dan op Uitvoeren om de informatie van de virtuele adapter te bekijken op Virtualization Station